‘Ik blijf vechten tegen een steeds terugkerend verlangen naar hem'
- Sara
- 15 feb
- 3 minuten om te lezen
Bijgewerkt op: 14 apr
Ken je dat gevoel van vastzitten in je eigen gedachten? Dat heb ik nu. Is het een gebrek aan inspiratie? Een dipje? Ik weet het niet. Deze week was eigenlijk wel relaxt. De kinderen waren hier, wat altijd weer zorgt voor een bepaalde structuur. Het was een week gevuld met kinderfeestjes, verjaardagen, Valentijnsdag (de kids hebben allebei al een liefje op school. Doen ze beter dan ik dus).
Ik blijf verlangen
Ik heb me bovendien na alle perikelen van afgelopen weekend ook wel rustig gevoeld (zie mijn post 'Hoe doe ik dat eigenlijk: dat helen?'). Ik heb slechts een enkele traan gelaten. Maar is het echt vanwege hen of is het verdriet om de leegte die achterblijft?
Ik schreef naar een vriendin die vroeg hoe het met me ging, in verband met de situatie rond H. van afgelopen weekend:
"Het gaat wel goed. Ik merk alleen, en dat vind ik raar, dat ik in mijn hoofd zijn gedrag een soort van beredeneer en goedpraat. Misschien bedoelde hij het niet zo, ik weet toch een beetje hoe hij is. Altijd impulsief en direct. Een jonge hond. En steeds blijf ik in gevecht met mezelf door te zeggen dat het echt niet oké is wat hij deed. Hoe kan het toch dat ik blijf vechten tegen dat steeds terugkomende verlangen naar hem? Ik zou willen dat ik zo boos was dat ik hem nooit meer zou willen zien, maar het blijft me achtervolgen. Maar ik ben sterk hoor. Het moet gewoon slijten."
Zal het ooit?
Het is misschien meer dat ik me soms afvraag of het ooit gaat gebeuren. Dat ik gek ben op iemand en iemand dat ook echt op mij is. Het lijkt soms bijna een speld in een hooiberg, en dat terwijl ik er niet eens zo wanhopig naar op zoek ben. Ik heb een prima leven. Zeg ik heel hard tegen mezelf. En het is ook zo. Ik heb veel om dankbaar voor te zijn. Twee gezonde kinderen, zelf ben ik ook gezond, ik heb werk, een mooi huis, een auto, vrije tijd over om nog te dralen en te dromen. Maar waarom lijken we dan toch alsmaar te verlangen naar dat wat we niet hebben? Waarom kan ik nou niet tevreden zijn met wat ik heb? Zou het ooit wel goed genoeg zijn?
Hoeveel kansen geef je?
Gisteren nam Lars contact op. Of ik al een beetje bedaard was (zie post 'Wat een puinzooi'). Hij was chagrijnig geweest om mijn reactie. Het was bij hem in het verkeerde keelgat geschoten. Ik was er eerlijk gezegd echt helemaal klaar mee. Met hem. Maar hij bleef doorvragen. Hij wilde nog een kans, wilde bloemen brengen voor Valentijnsdag, me uit eten nemen, met me dansen en eten, zei hij. Ik spookte steeds door zijn hoofd. Ik heb hem duidelijk gemaakt dat ik boos was, en vooral: gekwetst. Hij snapte het. Hij baalde. Goed, dacht ik. We gaan het zien de komende dagen. Welke effort hij erin steekt.
Vanochtend kreeg ik een bericht. Daarna de hele dag ook weer niet. Ik sta er rustig in, maar toch spookt het ook weer door mijn hoofd. Ik wil het nu echt loslaten en het van hem af laten komen. Kijken of hij zijn best gaat doen, de boodschap snapt en het echt wil. We gaan het zien. Het is zo lastig om nog te geloven. Hoeveel kansen geef je zoiets? Ik voelde wel iets de laatste keer dat we elkaar zagen, en dat voelde zeker wederzijds. Maar ik twijfel soms zo aan hem door zijn wat gekke manier van communiceren. Komt het door H. dat ik terughoudend en wantrouwend ben, of zit ik goed met mijn gevoel? Ik wil wel vertrouwen op mijn gevoel, maar welk gevoel moet ik vertrouwen? Het frustreert me.
Ik ga afwachten en zien wat er gebeurt. Ik wil erop vertrouwen dat dat wat voor mij bestemd is vanzelf naar me toekomt. Haha, of praat ik nu toch weer vanuit ratio? Argh. Al die gevoelens.
Vluchten of goed
Het is zaterdagavond. Ik ben alleen met de kids. Geen spannende avonturen nu. Rust is goed. "Even afschalen nu hoor," zei die vriendin tegen me. En ik antwoordde met een volmondig "Absoluut!"
Maar ik vind het al snel te saai. Wil wat reuring. Hou ik van. Nieuwe ideeën, iets om naar uit te kijken. Vul ik leegte? Of vlucht ik in adrenaline? Of is het gewoon menselijk gedrag? Man, al die vragen. Ik word er soms gek van.
Kus, Sara
Comentários